Van vriendinnen en vage kennissen krijg je ongevraagd en meestal goedbedoeld advies over het fenomeen. Op zwangerschapsyoga krijg je technieken aangeleerd en je moeder steekt je een hart onder de riem dat zowel jij als je broer er zó uit waren.
Maar hoe het echt gaat, dat kan niemand je vertellen. Elke bevalling gaat anders, hoewel het eindresultaat vaak wel hetzelfde is: het kind is er uit.
’t Kan snel, ’t kan langzaam gaan, moeilijk, makkelijk, zonder complicaties, met complicaties, alle soorten en maten. Voorbereiden op zoiets abstracts is best lastig.Uiteraard krijg je er wel vakliteratuur bij. Het boek “Als bevallen spannend is” geeft hoop, waar de bestseller “Duik in je weeën” weer nét even te plastische illustraties heeft, zodat ik er maar een keer vluchtig in heb gekeken.
En geloof me: dat boek had mij niet geholpen. Geen enkel advies of yogatechniek heeft me overigens geholpen. Duik in je weeën. Ja ja.
Nou, die weeën begonnen dus toen vriendlief lekker de stad in was. Kalm aan, sms’te ik nog. Maar vriendlief snelde fluks naar huis. En hij kon eigenlijk niet meer doen dan timen hoe lang de ween duurden en wat de tussentijd was. Want ik hoefde echt niemand aan mijn lijf. Ik dook namelijk in mijn weeën. Er zijn verschillende soorten weeën. En ook verschillende plekken waar je die sensatie kunt ervaren. In je rug, in je buik, ik las zelfs ergens in je bovenbenen. Voorweeën, weeënstorm, persweeën, naweeën, dat schijnt de normale volgorde te zijn. Het is niet helemaal de bedoeling dat je persweeën krijgt zo vér voor de volledige ontsluiting. Nou, ik kreeg ze wel. En dan is er geen duiken meer in je weeën bij hoor. Ik moest ze tegenhouden. Nou, ik heb in een moment van angst wel eens mijn motorfiets van 300 kilo van de grond getild, maar persweeën tegenhouden, ik geef het je te doen.
Dat. Kan. Gewoon. Niet.
Uiteindelijk, na uren zinloze persweeën gingen we dan naar het ziekenhuis. Met weeën in de auto gaan stappen. Geen idee hoe dat moest. Of hoe ik dat uiteindelijk toch gedaan heb. En eenmaal in het ziekenhuis duurde het ook even voordat we op de afdeling waren, want ik heb elke muur geloof ik geknuffeld om de weeën op te vangen. Achteraf schaam je je ogen uit je kop, op het moment zelf heb je niet zo’n last van dat decorumverlies.
En waar ik van te voren had bedacht dat ik geen pijnstilling hoefde, daar nam ik alles wat me aangeboden werd. Toen daarmee de persweeën onder controle kwamen, was de volledige ontsluiting daar. “Nu mag je gaan persen”. Ik weet niet hoor. Nadat ik het acht uur heb moeten tegenhouden en het nu eindelijk onderdrukt was: Géén idee meer hoe dat moest. Dus uiteindelijk kwam er nog een vacuüm en een schaar aan te pas.
Maar daar was ze dan. Ietwat verkreukeld van de lange reis, maar het mooiste dat ik tot nu toe heb gezien.Het was allesbehalve een ideale bevalling, maar wel een perfect eindresultaat.